Meet the illustrator: Merlijne Marell

In deze serie gaat Binocle op zoek naar de kern van een illustrator en zijn werk aan de hand van tien vragen.

Wie dit artikel wil afprinten kan het pdf bestand hier vinden.

Het werk van Merlijne Marell ontdekte ik bij Kunst in Huis, de Vlaamse kunstuitleen organisatie waar ik directeur was en dat sindsdien ook illustratoren opneemt in haar collectie. De illustraties van Merlijne's afstudeerproject, dat resulteerde in het wondermooie boek ‘Schobbejacques en de 7 geiten’, zijn te leen bij Kunst in Huis om aan je muur te hangen. Voor 'Schobbejacques' maakte Merlijne Marell de illustraties en schreef ze de tekst. In haar tweede boek, 'Volle Muil', dat ook bij uitgeverij Loopvis uitkwam, schreef Tom Marien de tekst.

1. Op welk project ben je erg trots en waar haalde je de inspiratie vandaan? 

MerlijneMarell_SchobbejacquesEnDe7Geiten.jpg

Het boek ‘Schobbejacques en de 7 geiten’ ligt me het meest na aan het hart. Het begon allemaal zo’n 10 jaar geleden met het woordgrapje ‘gekkiggeit’, en voor dat ik het wist had ik een gigantische hoeveelheid geiten bedacht, waarvan ik er een aantal tekende. Uit die tijd stamt ook de schurk, een kruising tussen wolf en mens, met wat duivelse trekjes. Ik maakte een klein boekje met deze personages, maar bewaarde het idee voor een bewerking van Grimms sprookje over de wolf en de zeven geitjes. Tot 2014, toen ik mijn master illustratie aan de Koninklijke Academie voor de Schone Kunsten in Gent behaalde met mijn eigen versie van het sprookje. Het project was inmiddels aardig uit de hand gelopen. Ik besloot mijn herwerking zelf op te bouwen uit woorden en beelden, zodat er een meer genuanceerd verhaal ontstond. Anders dan in traditionele sprookjes liggen bij mijn verhaal de verhoudingen niet zo zwart-wit. Zo zijn de geiten niet per definitie onschuldig en heeft de schurk ook zijn onzekerheden. Ik vond het belangrijk deze genuanceerdheid in beeld door te zetten, niet alleen inhoudelijk, maar ook in vorm. Ik bracht gelaagdheid en een rijke, tactiele beleving in de illustraties door deze zelf te drukken. De uitvoering van het boek was in eerste instantie dan ook compleet manueel: de tekst zette ik in lood en voor de illustraties maakte ik gebruik van zeefdruk, hout- en linoleumsnede. Vervolgens bond ik de boeken handmatig in een oplage van 36 exemplaren.

MerlijneMarell_SchobbejacquesEnDe7Geiten04.jpg
MerlijneMarell_SchobbejacquesEnDe7Geiten07.jpg

In 2015 kwam vervolgens een offset gedrukte versie uit bij uitgeverij Loopvis. Ik ben nog steeds heel blij dat ik daarmee een groter publiek heb kunnen bereiken. Het boek is goed ontvangen, werd uitgeroepen tot één van de Best Verzorgde Boeken 2015, bekroond met een Vlag en Wimpel en geselecteerd voor de White Ravens. Het motiveert me om verder te gaan in deze richting en ik kan alvast verklappen dat ik werk aan een volgend boek in deze sfeer.

2. Wat doe je nog, naast kunst kijken en maken, dat jou inspireert?

Inspiratie ligt altijd op de loer. Ik ga graag naar tentoonstellingen om het te voeden. De beeldende kunst waarvan ik geniet is vrij divers, maar materialiteit is een belangrijke gemeenschappelijke deler in deze. Dit jaar werd ik bijvoorbeeld geraakt door de schilderijen van Rosa Loy en haar man Neo Rauch, werd ik heel erg blij van de tentoonstelling Power Mask in het Wereldmuseum, heb ik uren getuurd naar middeleeuwse miniaturen in Catharijne Convent en genoot ik in het Boijmans van het maakplezier van Bertjan Pot en de onderzoekende houding naar kleur en materiaal door Hella Jongerius.

Ik mag ook graag kijken naar de vormen en kleuren van de natuur. Bloemen plukken is één van mijn favoriete bezigheden op een zonnige dag. Soms neem ik de buit mee naar mijn atelier, om er extra lang naar te kunnen kijken. Handwerken is een andere liefhebberij van me. Momenteel is borduren favoriet en verdiep ik me in de technieken van het goud- en chinees borduren.

3. Is er een artiest die jou inspireert of die jou geholpen heeft om je eigen visuele taal te vinden? 

Toen ik in Rotterdam studeerde zag ik de tentoonstelling ‘Buiten de lijntjes gekleurd’ over prentenboeken van Vlaamse illustratoren. Een wereld ging voor me open. Het werk van Carll Cneut, Isabelle Vandenabeele, Goele Dewanckel en Gerda Dendooven lag veel dichter bij de manier waarop ik met mijn illustraties wilde vertellen, dan wat ik tot dan toe kreeg aangeboden in mijn opleiding. Nu wil ik nog Harriët van Reek, Atak, Blexbolex en Icinori noemen als illustratoren die me inspireren. Hoewel ik vooral graag kijk naar het werk van Mamma Andersson & Jockum Nordström, Gert & Uwe Tobias, Edvard Munch, Allison Schulnik en Maria Sibylla Merian, als meer indirecte bronnen van inspiratie.

4. WAAR WERK JE? HEB JE EEN EIGEN ATELIER?

Ik heb een fijn atelier in een groot gebouw waar meer kunstenaars, ontwerpers en aanverwanten huizen. Het atelier is echt mijn plekje, ik breng er meer tijd door dan thuis. Het is dan ook belangrijk dat ik me er prettig voel, vandaar dat het behoorlijk huiselijk is ingericht met een grote tafel, veel boeken, inspiratiemateriaal, en stápels papier. Ook heb ik een eigen etspers op de gang – ik bof met dit verlengstuk van mijn atelier. 

MerlijneMarell_atelier01.jpg
MerlijneMarell_atelier03.jpg

5. WELK PROCES VOLG JE VAN EEN IDEE NAAR EEN ILLUSTRATIE? 

Ik loop altijd rond met een hoofd vol beelden. Heel soms komt het voor dat zo’n beeld zich helder aan mij opdringt, en dan kan ik het vrij snel vangen in een schets. Maar meestal is mijn hoofd een verzameling van ongrijpbare beelden, sferen en kleuren. Het is voor mij steeds weer een enorme opgave om van het dagdromen over deze beelden over te stappen naar het witte blad. Want een snelle potloodtekening of schets in kleur doet vaak geen recht aan hetgeen dat ik voor ogen heb.  Gevolg is dat het beeld in mijn hoofd verzwakt en de onvolwaardige schets de nieuwe waarheid wordt. Een heel vervelende situatie. Om dit te omzeilen probeer ik mijn ideeën concreter te maken door ze op alternatieve manieren vast te leggen. Ik verzamel beeldmateriaal dat ik ermee associeer, bijvoorbeeld omdat het verwijst naar vormen, kleuren of sferen die ik denk te willen gebruiken.

Daarnaast leg ik een werkboek aan, waarin ik die plaatjes samenvoeg met eigen schetsen, aantekeningen, drukproeven, knipsels, kleur- en materiaalstalen. Deze werkboeken fungeren als een extern geheugen, dat me visueel inzicht verschaft in wat ik met een project hoop te bereiken.

Van daaruit kan ik verder werken aan meer uitgewerkte schetsen en de uiteindelijk uitvoering.

MerlijneMarell_VolleMuil.jpg

6. ZIJN ER THEMA'S WAAR JE GRAAG ROND WERKT? IS ER MET ANDERE WOORDEN IETS IN JE WERK DAT JOU TYPEERT? IS ER EEN KENMERKENDE, WEERKERENDE STIJL?

In mijn werk vind ik het leuk om herkenbare elementen te vermengen met fantastische voorstellingen. Ik maak ruimte voor de duistere kant van het leven en voer graag fabelachtige wezens op om mijn verhaal te vertellen.

MerlijneMarell_vlinder.jpg

Ik heb een hang naar statische, centrale composities en het liefst pers ik het beeld in een ovale vorm. Maar omdat dat niet altijd werkt – zeker in een boek wil je wel wat meer variatie – probeer ik te variëren met spannende afsnijdingen of open, luchtige plekken. Mijn vormentaal zou ik omschrijven als stevig en gestileerd, waarbij het materiaalgebruik zorgt voor een rafelrandje. Ik werk altijd analoog en heb een vurige liefde voor druktechnieken. Ik houd van de rijkdom aan kleur en tactiliteit, en de eigen, materiaalspecifieke kwaliteiten die elke techniek inbrengt voor het werk. Daarnaast maken grafische technieken het mij mogelijk een bepaalde toevalsfactor in het werk toe te laten. Er is geen appeltje-z, het staat letterlijk gedrukt op papier. Dit helpt me ondanks mijn perfectionistische inslag het werk levendig te houden. Kleur is voor mij heel belangrijk om een sfeer over te dragen. En grappig genoeg begint een nieuw project meestal met een idee over welk kleurenpalet ik zal hanteren. 

7. HEB JE EEN BEPAALD DOEL VOOR OGEN WANNEER JE EEN ILLUSTRATIE MAAKT?

Dat is nogal afhankelijk van of ik in opdracht werk of niet. Bij opdrachten wordt het doel of de boodschap van een illustratie vaak voorgeschreven door de opdrachtgever, bij vrij werk bepaal ik het lekker zelf. Ik hou ervan als een beeld voor meerdere interpretaties open staat en een verhaal gelaagd communiceert. 

8. HEB JE EEN LEZER IN GEDACHTEN TERWIJL JE WERKT? HOE ZIET JOUW LEZER ERUIT?

Misschien te weinig. Ik ben vooral bezig met mijn ideeën, mijn verhaal zo goed mogelijk vorm te geven. Ik geloof dat ieder mens nood heeft aan goede verhalen en een mooi boek verdient. En dat prentenboeken niet alleen voor kinderen zijn. Tot zo ver mijn overtuiging – voor de rest doe ik ook maar wat.

9. WAT VIND JIJ ESSENTIEEL IN EEN ILLUSTRATIE?

Een illustratie kan je toegang verlenen tot een andere wereld, het beeld moet dan ook uitnodigend zijn deze wereld te betreden.

 10. ZIJN ER KUNSTENAARS OF ILLUSTRATOREN WAARVAN JE HOUDT EN DIE WE ZOUDEN MOETEN KENNEN? 

Zoals eerder vermeld waren dat tijdens mijn opleiding Carll Cneut, Isabelle Vandenabeele, Goele Dewanckel en Gerda Dendooven omdat hun werk dicht bij de manier lag waarop ik met mijn illustraties wilde vertellen. Vandaag zijn ook Harriët van Reek, Atak, Blexbolex en Icinori als illustratoren die me inspireren en verder wil ik graag wijzen op het werk van oud klasgenoten Charlotte Peys en Julie van Wezemael. Beide bijzonder goed op geheel eigen wijze.

Je kan het werk van Merlijne Marell volgen via haar website: www.merlijnemarell.nl
of via deze sociale media:
facebook: www.facebook.com/merlijnemarell.nl
instagram: www.instagram.com/merlijnemarell/